top of page

De behoefte aan een genderneutrale samenleving

In NS-treinen wordt vanaf vandaag iedereen aangesproken met ‘beste reiziger’. De HEMA kwam eerder in 2017 al met genderneutrale kinderkleding en D66 pleit ervoor dat Nederlanders zich naast man of vrouw voortaan kunnen registreren als interseksueel in het geboorteregister. Waar komt die behoefte aan een genderneutrale samenleving vandaan?

Dat vragen meer Nederlanders zich af. In elk geval het grootste deel van de stemmers op wegmetdatwoord.org, de jaarlijkse verkiezing voor het meest irritante woord van het Instituut voor de Nederlandse Taal. Van de 23.000 stemmers vond 43% genderneutraal de grootste boosdoener dit jaar, met name omdat het te politiek correct zou zijn.

In elk geval dook de term dit jaar een stuk vaker op in de media en was genderneutraliteit sowieso een groeiende trend de afgelopen jaren, zoals te zien is in onderstaande grafieken. In 2016 verschenen 320 berichten over genderneutraliteit in de diverse kranten, tijdschriften en op websites, al een stuk meer dan de 114 van het jaar ervoor. Maar dat is nog weinig vergeleken met 2017: in de tweede helft wordt bijna maandelijks evenveel bericht over genderneutraliteit als in het hele jaar ervoor.

Bij de zoekopdrachten zijn alle Nederlandse geschreven bronnen meegerekend en is op de termen ‘genderneutraal’, ‘genderneutrale, en ‘genderneutraliteit’ gezocht.

Die stijging heeft met allerlei ontwikkelingen te maken. Sinds de opkomst van genderneutrale toiletten in universiteiten, musea en gemeentehuizen (in 2015) is er al een discussie gaande, maar de kritiek op genderneutraliteit bereikte een hoogtepunt in 2017. Zo kwam HEMA in september (dit verklaart de piek in bovenstaande tabel) met het nieuws voortaan over te gaan op ‘genderneutrale kinderkleding’, waarvoor het warenhuis een berg kritiek over zich heen kreeg. In feite verandert er weinig: de labels in kleding worden simpelweg aangepast van ‘jongens’ en ‘meisjes’ naar ‘kids’ en in een aantal HEMA-vestigingen zijn ook de bordjes die de kinderkledingafdeling aangeven in de winkels aangepast.

Geslacht en gender

Niet alleen het woord zelf maar ook de discussie rondom genderneutraliteit veroorzaakt irritatie. Vivien Waszink, woordvoerder van Instituut voor de Nederlandse Taal, probeerde eerder deze week op NPO radio 2 uit te leggen waarom mensen zich zo ergeren. “Mensen begrijpen niet zo goed waarom je niet gewoon kan zeggen dat iemand een man of een vrouw is”, stelde ze. Daarmee legt ze meteen de vinger op de zere plek. Want er zijn toch maar twee geslachten?

Biologisch gezien wel. In dat opzicht is de kritiek vooral van toepassing op het woord geslachtsneutraal in plaats van genderneutraal. Want gender is niet helemaal hetzelfde als geslacht. Dat laatste gaat dus over de biologische en lichamelijke aspecten van sekse, terwijl gender een verzamelbegrip is voor ‘alles wat bij het man- of vrouw-zijn hoort, alle seksegebonden eigenschappen’ (volgens de Dikke Van Dale).

Aantal transgenders

Toch is het voor veel mensen simpel: je hebt mannen en vrouwen. Daar zitten culturele verschijnselen aan vast, tradities die al beginnen als je net ter wereld bent gekomen, bijvoorbeeld doordat men beschuit met blauwe of roze muisjes eet. Soms blijkt dat een meisje toch een jongetje is – of andersom. Dan spreken we over iemand die transgender is. Er is ondertussen veel onderzoek gedaan naar transgenderisme, maar harde cijfers over hoeveel transgenders Nederland telt, zijn er niet. Niet alle transgenders ondergaan tenslotte een geslachtsveranderende operatie en/of laten hun geslacht aanpassen op papier. Hieronder is een overzicht van de hoeveelheid mensen die dat laatste sinds 2007 wél deed.

In totaal heeft tussen 1995 en 2015 een aantal van 1960 mensen het geslacht laten aanpassen in de basisregistratie personen (BRP). Dat is 0,0138% van de Nederlandse bevolking. Het aantal aanpassingen is toegenomen in 2015. Dat heeft mogelijk te maken met de ingang van de transgenderwet (BW1 Art.28), waarbij bepaalde eisen voor het wijzigen van de registratie van geslacht vervielen. Zo moesten transgenders voorheen een gang langs de rechter maken en moesten ze aan bepaalde medische eisen voldoen voordat ze voor de wijziging in aanmerking kwamen. Tegenwoordig hoeft dit niet meer. Hieronder is te zien hoeveel procent het geregistreerde geslacht liet aanpassen van man naar vrouw en van vrouw naar man.

Eén van de mensen die haar registratie veranderde van man naar vrouw, is Edie van Lunteren (47). Zij begon pas op latere leeftijd met haar transitie en mede om die reden vindt ze genderneutraliteit belangrijk. “Ik vind het hartstikke goed dat hier nu aandacht voor is. Ik ben pas laat begonnen met mijn transitie en val daardoor meer op dan iemand die in de puberteit al begint met hormoonremmers. Voor mensen die alleen maar in hokjes als man en vrouw kunnen denken, is dat vreemd. Zo noemen ze me bijvoorbeeld weleens travestiet (iemand die zich kleedt als een persoon van het andere geslacht, red.). Op fysiek vlak ben ik transseksueel, maar dat staat los van wie ik als mens ben.” Volgens Van Lunteren hebben veel mensen nog niet voldoende kennis over het onderwerp: “Transgenderisme en interseksualiteit zijn voor hen erg vreemd.”

Geslacht!

En toch blijft de vraag en het aanbod groeien wat betreft genderneutraliteit - niet alleen in winkels, taalgebruik en geschreven media. In 2014 verscheen voor het eerst het programma ‘Hij is een Zij’ op NPO 3, dat Nederlandse transgenderjongeren volgt tijdens hun transitie. In 2016 kwam ‘Love Me Gender’ op TV, over transgenders die op zoek gaan naar liefde en begin dit jaar verscheen Geslacht!, gepresenteerd door Ryanne van Dorst (bekend van o.a. Expeditie Robinson en haar voormalige band Elle Bandita). Daarin vertelde ze geboren te zijn als hermafrodiet, dus met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtskenmerken. “Ze hebben geprobeerd van mij een meisje te maken. Maar zo voel ik mij helemaal niet. Ik ben ook geen gozer... Maar wat ben ik dan wel? Ik kan me nergens mee identificeren.”

Ryanne van Dorst in Geslacht!

Tegenwoordig gebruikt men vaker de term ‘intersekse’ in plaats van hermafrodiet. Wanneer iemand een intersekse-conditie heeft, is diegene geboren in een lichaam dat ‘niet voldoet aan de normatieve conditie van een man of vrouw’ (definitie volgens Nederlands Netwerk Intersekse/DSD). Artsen spreken in dat geval over Disorders of Sex Development. Net als bij transgenderisme zijn cijfers over het aantal interseksuele mensen lastig te verkrijgen, maar niet onmogelijk. De conditie ontstaat namelijk meestal al voor de geboorte, waardoor er makkelijker een schatting te maken is van het aantal gevallen dan bij transgenderisme. Er zijn verschillende soorten intersekse-condities en Intersex Society of North America (ISNA) maakte een gecalculeerde schatting van het aantal mensen dat geboren wordt met een bepaalde intersekse-conditie. Zie de tabel hieronder voor een overzicht daarvan, plus een berekening van hoeveel Nederlanders geboren worden met zo’n conditie volgens deze schatting (dit is dus slechts een indicatie en hiervoor zijn geen officiële cijfers gebruikt).

Mensen die door een dergelijke conditie niet weten of ze nu man of vrouw zijn, zouden dus best eens baat kunnen hebben bij een samenleving die minder de nadruk legt op geslacht en/of gender.

Gender-fluïde

Naast afwijkingen in het geslacht zijn er ook mensen die zich gevoelsmatig niet kunnen vinden in de term man of vrouw, of zich beide of geen van beide voelen. Een voorbeeld daarvan is David de Bruin (24), die zichzelf gender-fluïde noemt. Dit betekent dat hij zich soms (meer) man en soms (meer) vrouw voelt. “Ik kan me op dagen 80% vrouwelijk en 20% mannelijk voelen, of juist andersom. Er zijn ook periodes dat ik me 50/50 voel. Je zult dat ook terugzien in mijn kledingdracht. Wanneer ik me meer vrouw voel, draag ik graag sneaker-hakken en hoeden en als ik me een man voel, trek ik eerder een leren jas of een grote sweater aan.”

In bovenstaand overzicht is te zien dat de term gender-fluïde redelijk nieuw is, terwijl androgyn en transseksueel al lang (veel) gebruikt worden. Het gebruik van het woord hermafrodiet neemt af, terwijl intersekse vaker wordt genoemd.

‘Genderneutrale mensen’

Volgens seksuoloog Jelto Drenth is in de seksuologie ook plaats voor mensen die zich niet (volledig) man of vrouw voelen. “Er zijn wel eens gender-fluïde personen langsgekomen in mijn praktijk. Ik heb er alle sympathie voor. Het is prima dat er genderneutrale mensen zijn, net als dat er aseksuele mensen zijn. Het is wel nieuw dat er op cultureel vlak rekening mee wordt gehouden.” Maar Drenth vindt dat wel een positieve ontwikkeling. “Met ‘beste reizigers’ benadruk je niet dat er mannen en vrouwen zijn. Dat is goed, die nadruk is namelijk nergens voor nodig als je in de trein zit.”

Harde cijfers over hoeveel mensen baat hebben bij de term genderneutraal, zijn er dus niet. Maar dat de behoefte er is en dat die behoefte alsmaar groeit, is in elk geval duidelijk.


bottom of page